Het is niet verwonderlijk dat organisaties zich erg druk kunnen maken om hun werkkapitaal. Er is namelijk voldoende (en ook niet teveel) werkkapitaal nodig om de onderneming draaiende te houden.
In dit artikel wordt uitgelegd wat werkkapitaal is, welke vormen er zijn en hoe het moet worden berekend. Ook wordt bekeken welke maatregelen een onderneming kan treffen wanneer er te weinig of juist te veel werkkapitaal in de organisatie aanwezig is.
Wat is werkkapitaal?
Om een onderneming op korte termijn goed te kunnen laten draaien, moeten betalingen worden gedaan. Er moeten voorraden worden ingekocht, gas- en energierekeningen worden betaald en de maandelijkse salarissen moeten worden overgemaakt. Kortom, er is voldoende werkkapitaal nodig om te kunnen ‘werken’. Een tekort aan werkkapitaal zorgt voor betalingsproblemen en kan in het ergste geval zelfs tot faillissement leiden.
Bij grote ondernemingen komen honderden facturen per jaar binnen (crediteuren). Ook staan er nog vele rekeningen open van klanten die nog moeten betalen (debiteuren). Daarnaast beschikt een onderneming vaak over een voorraad goederen (grondstoffen en eindproducten) die nog verkocht moet worden. En wat te denken van de nog te betalen omzetbelasting en inkomstenbelasting die de ondernemer met alle liefde afdraagt aan de belastingdienst. Tot slot moet ook nog kortlopend krediet (inclusief rente) worden afgelost aan de bank. Je begrijpt, wanneer de onderneming geen goed overzicht houdt over de inkomsten die ze op korte termijn kunnen verwachten en de betalingen die op korte termijn moeten worden gedaan, zitten liquiditeitsproblemen in een klein hoekje. Daarom berekenen ondernemingen met regelmaat hun werkkapitaal.
Definitie
Werkkapitaal is al het geld waar betalingen mee kunnen worden gedaan en waar op korte termijn betalingen mee kunnen worden gedaan (binnen een jaar). Het doel is om inzicht te krijgen (en te houden) in de liquiditeit van de onderneming.
Berekenen
Werkkapitaal wordt ook wel nettowerkkapitaal of nettobedrijfskapitaal is. Dat betekent dat er ook een brutowerkkapitaal is. Het brutowerkkapitaal zijn alle vlottende activa inclusief liquide middelen die op dat moment in de onderneming aanwezig zijn:
De formule is:
Hieronder staat een voorbeeld van de berekening aan de hand van een liquiditeitsbalans:
Het netto werkkapitaal gaat een stapje verder. Van de vlottende activa en liquide middelen wordt het kort vreemd vermogen afgetrokken. Dit zijn o.a. crediteuren en rekening courant. Op deze manier krijgt de organisatie een zuiverder beeld van het kapitaal waarmee gewerkt kan worden, omdat het kort vreemd vermogen binnen afzienbare tijd de onderneming verlaat en niet meer beschikbaar is voor andere betalingen.
De formule is:
Op basis van dezelfde liquiditeitsbalans als hierboven wordt hieronder een voorbeeld gegeven van het netto werkkapitaal:
Tot slot kan ook het geïnduceerd netto werkkapitaal worden uitgerekend. Dit wordt ook wel het omzetafhankelijke werkkapitaal genoemd. De berekening is nagenoeg hetzelfde als die van het netto werkkapitaal, maar in deze berekening worden alleen de balansposten meegenomen die omzetafhankelijk zijn, dus samenhangen / afgeleid zijn van de omzet van de organisatie. Bij vlottende activa valt te denken aan de posten voorraden en debiteuren. Bij kort vreemd vermogen kan gedacht worden aan crediteuren.
De formule is:
Anders gezegd is het geïnduceerd netto werkkapitaal het bedrag dat de onderneming nodig heeft om zijn verdienmodel in stand te houden: onderhanden werk, voorraden, debiteuren min de crediteuren en overige kortlopende schulden.