Eindproduct
Alle goederen en diensten die klaar zijn om aan de klant te worden verkocht zijn eindproducten. Een eindproduct is af, dus klaar voor gebruik door een ander. Eindproducten zijn gemaakt van één of meerdere grondstoffen. Meestal gaan er meerdere bewerkingsslagen overheen voor een goed of dienst helemaal ‘af’ is. Een product waar nog een bewerkingsslag overheen moet, is een halffabricaat.
Voorbeelden van eindproducten zijn een horloge, lamp, auto, regenpijp, mousepad, gasfornuis, kraanwater, heftruck, onderzetter, nieuwbouwwoning, pen of gordijnrails. Maar ook diensten als een onderzoeksrapport, accountantsverklaring, investeringsplan of tuinadvies vallen onder de definitie. Een gebruiks- of verbruiksartikel dat te koop wordt aangeboden, dus ook een IKEA-kast die je zelf nog in elkaar moet zetten, is een eindproduct.
Een goed of dienst doorloopt vaak een lange reis voor het in de schappen van een groothandel of detailhandel ligt. Al deze stappen van oerproducent tot consument worden weergegeven in een bedrijfskolom. Iedere schakel in de bedrijfskolom heet een geleding. Iedere beroepsgroep die dezelfde soort activiteiten uitvoert, zoals slagers, computerfabrieken, transportbedrijven of suikerfabrieken heten bedrijfstakken. Aan het eind van de bedrijfskolom wordt een goed of dienst als eindproduct aan de consument aangeboden.
N.B.: Wat voor de één eindproduct is, blijkt voor de ander een grondstof of halffabricaat. Een meelfabriek verwerkt graan tot meel en verkoopt dit bijvoorbeeld aan een broodfabriek. In termen van de bedrijfskolom is de meel eigenlijk een halffabricaat. Er moet namelijk nog brood van worden gemaakt. Echter, de broodfabriek beschouwt de meel waarschijnlijk als grondstof en de meelfabriek beschouwt de meel als hun eindproduct. Het is maar net vanuit welke invalshoek iemand er naar kijkt. Op het abstractieniveau van de bedrijfskolom is een product pas een eindproduct wanneer het te koop wordt aangeboden aan de consument/eindgebruiker.